Gemeente Lith
T.a.v. het college van
burgemeester en wethouders
Postbus 10.000
5397 ZZ Lith
Betreft: bezwaarschrift
inzake het verlenen van vergunning op grond van artikel 2.1.4.1. en
ontheffing
op grond van art. 4.1.7 van de APV Lith 2000 voor het ten gehore
brengen van
muziek en het veroorzaken van geluidshinder op het Marktplein te Lith
op 14 mei
2005
Lith, 29 maart 2005
Geacht college,
middels deze brief maken
wij bezwaar tegen:
A) de, op grond van art. 4.1.7
van de Algemene Plaatselijke Verordening Lith 2000, verleende
ontheffing, ten
behoeve van de ingebruikname van een geluidsinstallatie in de
buitenlucht op 14
mei 2005
en
B) de, op grond van
artikel 2.1.4.1. van de Algemene Plaatselijke Verordening Lith 2000,
verleende
vergunning om muziek op of aan de openbare weg (Marktplein) ten gehore
te
brengen.
Zoals verwoord in uw
brief van 25 februari 2005 (verzonden 1 maart 2005) aan stichting
zeskamp
comité Lith.
De gronden waarop ons bezwaar
is gebaseerd zijn als volgt:
1. Wij verwachten, gezien
het karakter van de muziek (zoals verwoord in de aanvraag gedateerd
27-04-2004;
“disco voor de jeugd” en “een band met live muziek”) in de openlucht,
dat wij
en andere omwonenden op deze dag ernstige tot onduldbare geluidhinder
te
verduren krijgen.
2. Punt 2 van de
beschikking noemt onder sub d “het geluidsniveau van de muziek dient
zodanig te
worden geregeld, dat hierdoor voor omwonenden geen (ernstige)
geluidsoverlast
wordt veroorzaakt”.
Het is ons inziens
onduidelijk wat bedoeld wordt met “geluidsoverlast” en welke
geluidsnormen
hiermee bedoeld worden.
Sub e noemt de term
“achtergrondmuziek” Het is niet duidelijk wat wordt bedoeld met de term
“achtergrondmuziek” en welke geluidsnormen dit betreft.
Het is onduidelijk welke
geluidsniveaus niet mogen worden overschreden en het is onduidelijk op
welke
plaats de normen van toepassing zijn en welke meet c.q.
controlemethodes worden
toegepast.
De ontheffing en
vergunning zijn naar onze mening over deze punten te vaag en leveren
rechtsonzekerheid op voor de omwonenden welke op de betreffende dag
blootgesteld dreigen te worden aan geluidsoverlast. Ons inziens is er
hier
sprake van een niet-handhaafbare vergunning en ontheffing.
3. Het evenement zal op
het Marktplein te Lith te veel (geluids)overlast in een relatief dicht
bevolkte
omgeving veroorzaken. De afgelopen jaren zijn wij en andere omwonenden
meerdere
malen tijdens evenementen ons huis ontvlucht, zijn wij van onze
nachtrust
beroofd, hebben wij 's nachts onze woning moeten verlaten, hebben wij
elders
onderdak en slaapgelegenheid moeten zoeken, vanwege de (dreigende)
geluidhinder. In 15 afzonderlijke rapporten (alle zijn voorhanden bij
de
gemeente) is deze geluidsbelasting van ons huis onder andere
beschreven. De
hinderbelasting die wij reeds hebben ondervonden en te verwachten
hebben kunnen
niet rechtvaardigen dat een dergelijk evenement wederom op deze plaats
kan
gebeuren.
Elders in de gemeente
zijn voldoende alternatieve locaties voor een dergelijk evenement
voorhanden.
4. In een verzoek
gedateerd 11 december 2004 (bijlage 1)
hebben
wij de gemeente Lith verzocht nadere vergunningvoorschriften op te
nemen in
toekomstige vergunningen ex art 2.1.4.1. Helaas hebben wij op dit
verzoek niets
mogen vernemen. De inhoud van dit verzoek dient als hier herhaald en
ingelast
te worden beschouwd.
In een gesprek op 14
maart 2005 op het gemeentehuis met dhr. Van Meer-Dijksman van de
gemeente Lith
hebben wij verzocht om alsnog nadere vergunningvoorschriften in de
genoemde
beschikking op te nemen zoals verwoord in onze brief van 11 december
2004, hier
is afwijzend op gereageerd.
5. Het huidige
gemeentelijke beleid omtrent het toezicht op de naleving van
geluidsnormen en
de handhaving hiervan is zodanig dat dit een dergelijke ontheffing en
vergunning als onderhavige niet kan rechtvaardigen.
Omtrent het toezicht op
de naleving van de wettelijke geluidsnormen en de handhavende taak van
de
gemeente willen wij het volgende opmerken.
Wij
hebben op 22 december 2003 een klacht bij de gemeente ingediend over de
handhavende taak en het toezicht op de naleving van het het Besluit
Horeca-,
Sport en recreatie-inrichting milieubeheer welke tot op dit moment niet
is
afgehandeld.
Verder heeft de Raad van
State diverse besluiten van de gemeente aangaande het terugdringen van
geluidsoverlast als niet voldoende beoordeeld.
Derhalve zijn wij van
mening dat de gemeente Lith ons niet kan garanderen dat adekwaat wordt
opgetreden tegen geluidsoverlast.
Deze beschikking van de gemeente
Lith heeft ernstige tot onduldbare geluidhinder tot gevolg welke een
ernstige
inbreuk oplevert op onze persoonlijke levenssfeer, en welke alleen
gerechtvaardigd kan worden geacht wanneer andere, zeer zwaarwegende
belangen
dat vorderen.
Concluderend
verzoeken wij u om de ontheffing ex artikel 4.1.7 en de vergunning ex
art.
4.1.3.1 van de APV Lith 2000 ongedaan te maken.
Wij verzoeken u onze
persoonsgegevens niet openbaar te maken.
Hoogachtend,
Mw. Y
Dhr. X
Lith