Gemeente Lith
t.a.v. het college van burgemeester en wethouders
Postbus 10.000
5397 ZZ Lith
Betreft: verzoek tot het
stellen van een nadere eis bij incidentele en collectieve festiviteiten
ten
behoeve van Moira en Hertog Jan
Lith,
1 november 2004
Geacht college,
Middels deze brief vragen wij uw aandacht voor het
volgende:
De afgelopen maanden zijn
er door de gemeente een aantal ontheffingen verleend en meldingen ex.
Artikel
4.1.3 van de APV (hierna te noemen: meldingen) geaccepteerd aan en van
de
horecagelegenheden Moira en Hertog Jan van Brabant. Op de data waarvoor
meldingen zijn gedaan hebben wij ernstige geluidshinder te verduren
gehad.
Wij hebben deze
geluidhinder enkele malen gemeld bij de regionale milieuklachtenlijn.
Het Regionaal
Milieu Bedrijf (RMB) is toen een aantal keren ter plaatse gekomen. Het
RMB
stelde voorts niets te kunnen ondernemen tegen de geluidsoverlast,
omdat zij
niet op de hoogte waren van het beleid van de gemeente betreffende de
toepasselijkheid van de nadere eisen in een dergelijke situatie.
Na telefonisch contact
met mw. van de Wee van milieuzaken is gebleken dat de gemeente Lith in
deze
kwestie geen duidelijk standpunt hanteert.
In onze brief aan uw
college (gedateerd 12 september 2004) hebben wij u dringend gevraagd om
ons op
de hoogte te stellen van het beleid van de gemeente betreffende de
toepasselijkheid van de nadere eisen in het kader van een verleende
ontheffing
en een melding ex. Artikel 4.1.3. van de APV Lith
2000. Tot onze spijt hebben wij helaas geen reactie van u mogen
ontvangen.
Onlangs heeft de Raad van
State de besluiten van het college van burgemeester en wethouders van
Lith van
12 januari 2004 inzake de nadere eisen tbv Moira en
Hertog-Jan vernietigd en het college van burgemeester en wethouders van
Lith
opgedragen binnen 13 weken na de verzending van de uitspraak met
inachtneming
daarvan een nieuw besluit te nemen.
Het is ons
inziens niet acceptabel en onredelijk dat in geval van dergelijke
incidentele en collectieve festiviteiten een vrijstelling wordt gegeven
zonder
dat daarbij wordt aangegeven welke geluidsnormen er dan wel gelden.
Daarom verzoeken wij u om
in de nieuw te nemen besluiten inzake de nadere eisen
tbv. Moira en Hertog-Jan duidelijkheid te verschaffen over deze
situatie in die
zin dat wordt voorgeschreven aan welke geluidsnormen moet worden
voldaan
tijdens incidentele en collectieve festiviteiten.
Tevens verzoeken wij u
onze persoonsgegevens niet openbaar te maken.
Hoogachtend,
Dhr. X
en mw. Y
Lith